1 november 2019

Massada: ‘We werden vergeleken met Santana, maar die kenden we destijds niet eens’

Vier jaar geleden bestond de percussierijke popgroep Massada veertig jaar. Op vrijdag 8 november speelt de Molukse band op karakteristiek swingende wijze in Gebouw-T.

Door Willem Jongeneelen

Massada bezit nog een aantal bandleden uit de originele bezetting. Die zijn de pensioengerechtigde leeftijd inmiddels gepasseerd, zoals gitarist Rudy de Queljoe (72, bekend ook uit Brainbox) zanger/percussionist Johnny Manuhutu (70). Die laatste was zelfs medeoprichter van Massada in 1973. ,,Feitelijk was ik als tiener in de jaren zestig al actief met de band. Onder de naam The Eagles speelden we op Molukse feesten. Toen bleek dat er ook al een Amerikaanse band met dezelfde naam was, heb ik de groep omgedoopt tot Massada.”

Johnny Manuhutu werd geboren in Cirebon, op Midden Java. ,,Ik ben een soldatenkind. Mijn vader vocht voor het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL). Na de oorlog kwam ik met hem, en nog 12.000 militairen, mee naar Nederland. We kwamen terecht in een kamp in Huizen en woonden daar tijdelijk in barakken die eerder dienst hadden gedaan hadden als deportatiekamp voor NSB’ers. Dat tijdelijk werd trouwens iets langer; we hebben er ruim twintig jaar gewoond. Daar is ook de band begonnen.”

Molukkers zijn op meerdere fronten belangrijk geweest voor de Nederlandse popmuziek. Zo stond de Indo rockband The Tielman Brothers aan de wieg van de rock-‘n-roll in Nederland en scoorden ook The Blue Diamonds vroeg hits. Manuhutu: ,,Er waren veel talenten. In alles wat we bedreven was er ergens ook wel wat muziek aanwezig. In bijna iedere familie zwierf er ergens wel een gitaar rond en werd er thuis, of in de kerk, veel gezongen. Ook bij mij in de familie. Van bruiloften tot begrafenissen, Molukkers zingen. Muziek zit in onze genen.” Met zijn drummende broer Eppy startte hij in het kamp zijn eerste band. Compleet autodidact. Zoals bij iedereen begon dat het spelen van zeer uiteenlopende covers. ,,Nat King Cole kenden we via onze ouders, maar we speelden ook soul, rock en pop, van Fats Domino, Otis Redding, Doobie Brothers tot Steely Dan. We waren al wel zo gemotiveerd dat we die stukken meer lieten swingen door de arrangementen richting latin te laten gaan en er samba aan toe te voegen.”

Nadat de band veranderd was in Massada, werd een P.A. aangeschaft en kreeg de band voor het eerst een manager. Manuhutu: ,,De eerste jaren stonden in het teken van investeren. Op water en brood toeren. Naam opbouwen in Nederland, België en Duitsland. In 1975 wonnen we een groepenpresentatie van het magazine OOR en kregen we veel aanbiedingen van platenmaatschappijen. Daar gingen we niet op in. Ze wilden zich allemaal met de muziek bemoeien en ons commerciëler laten klinken. Dat wilden we niet. We deden geen concessies. We wilden graag ons eigen werk opnemen, maar dan wel op onze manier. Een paar jaar later kregen we van Johnny Hoes carte blanche. Dat pakte goed uit. Het debuutalbum Astaganaga werd meteen goud, al had de productie beter gekund. De producer had alleen ervaringen met het opnemen van artiesten als de Zangeres Zonder Naam. Dat was qua dynamiek toch even iets anders.”

Massada stond te boek als een bedreven rockband met veel percussie. Onder de fans waren in die tijd volgens Manuhutu ook veel niet-Molukkers. Het was een gemêleerd gezelschap, bestaande uit rockfans die wilden dansen en van onze ritmes, breaks en tempowisselingen hielden. We werden vaak vergeleken met Santana, maar die kenden we zelf destijds niet eens. Onze invloeden varieerden van Malo, Eszeca tot El Chicano.”

De naam Massada is afkomstig van de gelijknamige bergtop in Israël, een toevluchtsoord voor velen. Manuhutu voelde in de jaren zeventig wel verwantschap en sympathie met Israël. ,,Dat is vanwege de huidige situatie wel wat afgenomen. Destijds leek de situatie daar wat meer op de onze. De band Massada is al die jaren ook vaak geassocieerd met de problematiek van de Molukkers. Met alle voor- en nadelen. Er zijn destijds optredens afgezegd, vanwege de treinkaping in Drenthe bijvoorbeeld. Natuurlijk snapten we de frustraties van die jongens, maar het geweld hebben we altijd afgewezen.”

Het hart zit op de goede plaats bij de bandleden. Het bewijs daarvoor heet Sajang é, hun grootste hit. De song was eigenlijk nooit bedoeld voor Massada. ,,Ik schreef het nummer samen met Rudy de Queljoe. Het was bestemd voor een documentaire die Veronica over kinderen in de derde wereld wilde uitzenden. Lex Harding vroeg of hij daar muziek van Massada voor mocht gebruiken. We vonden het beter iets nieuws te schrijven. Het sloeg aan en we hebben het toch op single uitgebracht. De opbrengst was via de Novib voor die kinderen in de derde wereld. De song kwam op nr. 1, maar Massada speelde het nooit live. Omdat we het niet bij de rest van het repertoire vonden passen. Nu doen we dat, als er een koor bij aanwezig kan zijn, op speciale culturele gebeurtenissen wel. De mensen waarderen dat enorm.”

Massada: vrijdag 8 november (deuren 20.30 uur / aanvang 21.00 uur) live in Gebouw-T, Wilhelminaveld 96, Bergen op Zoom. Er zijn nog tickets!