9 mei 2022

De Kift: ‘Al wint tragiek het vaak van klein geluk, ook daarin schuilt schoonheid bij De Kift’

Uniek gezelschap uit Oost-Knollendam, in de Zaanstreek. Hoogst originele fanfare-punkband. Poëtisch en veelkoppig. Nergens anders in de wereld is er een band als De Kift. Twee jaar geleden verscheen Hoogriet, opvolger van Bal, dat als slotstuk van hun toen 30-jarige jubileum dienst deed. Eindelijk is dat project nu ook op de podia te zien, horen en beleven. Vrijdag 20 mei doen ze Gebouw-T aan!

Door Willem Jongeneelen

Al ruim dertig jaar combineert dit unieke tegendraadse muziektheatergezelschap wortels uit de anarchopunkscene met elementen uit de pop, fanfare, volksmuziek en wereldliteratuur. De groep kijkt vaak veel verder dan de neuzen van hun collega-muzikanten/theatermakers lang zijn. De volledig in eigen beheer opererende groep brengt vaak ook kunstenaars uit verschillende disciplines samen om een altijd eigenzinnige combinatie aan te gaan. Ook heel speciaal zijn de altijd bijzonder originele verpakkingen van hun cd’s en dvd’s. Net als de decorstukken van hun voorstellingen blijken dat steeds verzamelobjecten.

De weg naar waar de band nu staat was lang, maar nooit saai. In 1987 startte De Kift door het samengaan van bandleden van voornamelijk punkgroepen, zoals Svätsox, Rondos, Groeten en Pistache BV. Het resultaat: een do it yourself-versie van een formatie die met nog altijd die ware punkgedachte transformeerde naar een tegendraads muziektheatergezelschap, inclusief steeds wisselende bezettingen en vaak ook bijzondere gastoptredens. Hoe dat klinkt? Als een punkgroep die trage hoempa, trieste tango en turbulente volksmuziek. Debuut Yverzucht (1989) was nog een elpee met Nederlandstalige teksten, punkgitaren, blazers en pogoritmes, qua sfeer en intensiteit nauw verwant aan onder meer een groep als The Ex. Opvallend was ook toen al de strijdbaarheid en maatschappijkritische teksten over werkloosheid, gepeupel en ‘sokke met gaten’.

Per album ontpopt de band van zanger Ferry Heijne en drummer Wim ter Weele zich daarna meer en meer als een gezelschap dat met geen enkele andere band te vergelijken valt. Ook de invalshoeken zijn steeds uniek en de verpakkingen van hun albums zijn sinds Krankenhaus (1993) ware parels. Dat album verscheen in een sigarendoos, later verschenen albums onder meer in een kookboek, fotolijstje of, zoals hun laatste kunststukje, Hoogriet, in een ouderwetse ordner met prachtige tekeningen van Wim ter Weele zelf. De Kift wordt tevens vaak terecht geroemd vanwege hun enorme veelzijdigheid. Na het met een Zilveren Harp bekroonde jubileumproject Koper ontving de groep een subsidie om de fusies met andere kunstvormen nog verder uit te breiden. Na het uitbrengen van een film van het zeer geslaagde project Vlaskoorts kwamen ze met Vier Voor Vier zowaar zelfs met een heuse Kift-opera en verscheen er ook een album gemaakt met de Rotterdamse schoffies Rats On Rafts en split-singles met Franz Ferdinand, Zita Swoon en Calexico.

Waanzin is altijd een van de meest karakteristieke eigenschappen in het werk van dit familiebedrijf geweest. Familiebedrijf? Jazeker, Ferry Heijne verzorgt vaak de leadzang in de groep, neef Pim speelde bas, zijn op 87-jarige leeftijd overleden pa Jan speelde lang trompet en de kort na haar man op 83-jarige leeftijd overleden ma An stond lang achter het kraampje met merchandise bij de optredens. Broer Marco fungeert overigens al heel lang als regelneef annex zakelijk leider. Het heeft dus even geduurd maar de algehele erkenning van de Zaanse groep De Kift kwam er. Zelfs de KRO besteedde met het uitzenden van de documentaire Iets wat niet glimt, kan ook mooi zijn op tv aandacht aan deze unieke band. ‘Een verhaal over punk en fanfare. Over dirigenten met stokjes en vrijheid. Over fabrieken en Zaanse nostalgie’, zo kondigde de KRO het aan.

De Kift bleef door al die jaren heen onvermoeibaar dat unieke gezelschap afkomstig uit de punkgolven van Oost-Knollendam van de jaren tachtig, maar is ook wel degelijk begiftigd met een fanfareverleden. Het uitgangspunt was ooit het maken van ritmische muziek in elektrische bezetting, maar mét trompet, trombone, tuba en verstaanbare teksten. Die teksten worden per project steeds met succes ontleend aan de literatuur. Zanger/verteller Ferry Heyne verklaarde mij voor een eerder interview in BN DeStem dat het uitgangspunt voor zo’n project vaak een simpel idee of slechts één enkel woord is. ,,Vervolgens gaan we lezen, op zoek naar passende passages. Het blijft een omslachtige wijze om zo genoeg goede tekstfragmenten te verzamelen om een album mee te kunnen maken. Maar eenmaal op gang verwijst het ene boek vaak naar het andere.”

Dat lezen loont, dat bewezen de albums Gaaphonger en Vlaskoorts, maar dat doet zeker ook Hoogriet. Alles aan de groep ademt ambachtelijkheid, of het nu die vaak eigenhandig vervaardigde verpakkingen van hun albums betreft, of die werkwijze om samen al lezend en musicerend liedjes in elkaar te beitelen. Op Hoogriet zijn die samengesteld uit gedichten van onder meer Paul van Ostaijen, Joseph Brodsky, Slauerhoff en Rodaan Al Galidi. Die kiest Heijne op basis van verhalen van mensen die hij ontmoet. ‘Het levert nummers op die stuk voor stuk robuust zijn, en voorzien van een hartslag’, zoals OOR het verwoordde. ‘Verdriet, eenzaamheid, de dood maar ook juist de viering van het leven zijn terugkerende thema’s. Hoogriet draait om een spel tussen verstildheid, uitbundigheid, ontroering en vrolijkheid. Al wint op Hoogriet tragiek het vaak van klein geluk, ook daarin schuilt schoonheid bij De Kift.

De Kift blijft al die jaren een van de grootste ruwe diamanten binnen de Nederlandse muziekscene. Veel mooier dan dat Volkskrant-journalist Bert Wagendorp de band omschreef kan het niet: ‘De Kift is geboren in fanfare, gedoopt in punk en groot geworden in liefde voor muziek en poëzie. Vrolijke muziek is het, muziek vol weemoed. Muziek waarvan tranen in je ogen schieten of een grijns op je gezicht verschijnt.’

De Kift op 20 mei live in Gebouw-T (deuren 20.30 uur / aanvang 21.00 uur). Er zijn nog tickets!