16 oktober 2017

De Dijk

Op sommige groepen lijkt geen houdbaarheidsdatum te kleven. De Dijk is er daar een van. Op 19 oktober speelt de in 1981 opgerichte band wederom in een ongetwijfeld zeer goed gevuld Gebouw-T.

“Grotestadsmuziek”

Door: Willem Jongeneelen

De Amsterdamse groep De Dijk begint een vaste klant te worden op het podium van Gebouw-T. De band is erg te spreken over de technische mogelijkheden van het Bergse poppodium. Andersom blijft ook het trouwe publiek dat de zaal steeds doet uitverkopen onder de indruk van de capaciteiten en liedjes van de band. Wat is het geheim achter hun liedjes?

De muziek van De Dijk is universeel. Dat heeft te maken met het hoge grote rock-’n-roll- en blues-gehalte in de muziek. De Dijk maakt grotestadsmuziek, soul eigenlijk. De groep van zanger/tekstdichter Huub van der Lubbe klinkt nooit gemaakt of gezocht. En die teksten komen recht uit het hart en zijn voor velen herkenbaar. “Ik heb geen cent te makken. Ik heb nooit een vak geleerd. Ik kijk niet uit mijn doppen en mijn handen staan verkeerd.”

Van der Lubbe heeft het vermogen alles beknopt en voor iedereen begrijpelijk neer te zetten. Zwierig en verstaanbaar. De sterke rock, opgesierd met orgel en blazers geven het geheel nog wat meer swung waar het dat kan gebruiken, heeft helemaal niets te maken met de muziek van die andere in het Nederlands opererende groepen. Doseren daar draait het om. Het lijkt wel of de groep steeds de juiste beslissingen neemt. Gewoon omdat ze eerlijk naar het leven en zichzelf kijken. Populariteit hebben ze nooit gezocht, concessies nooit gedaan. “Als iets goed is, gaat het vanzelf.”

Huub van der Lubbe en de onderwerpen liefde en vrouwen, het blijven verhalen apart en eeuwige bronnen van inspiratie. ,,Ik vind vooral dat je gul moet zijn naar elkaar. Niet alleen naar vrouwen hoor. Je mag je positieve gevoelens uiten, dat kan ieder mens waarderen. Ik kom uit een milieu dat zuinig was met die zinnen. Emoties, die uitte je niet. Onzin, zo weet ik nu. Laat maar zien wie je bent.”

Het mooiste voorbeeld stond trouwens op een soloplaat van Van der Lubbe. Met Zoek Je Ooit Iemand lijkt hij zelfs het ultieme versierlied geschreven te hebben. Het nummer is eerlijk, direct en bezit zelfspot: ‘Zoek je ooit iemand om veel van te houden? Die zijn arm om je heen legt als het laat wordt en koud. Een die weet waar een dame – want dat ben jij – van houdt. Ik zit meestal alleen en een beetje opzij. Vraag naar een jongen met uitstaande oren en een droevige blik, want die kunnen goed luisteren. Neem toch zo’n jongen, zo’n jongen als ik.

 De Dijk: 19 oktober in Gebouw-T. Er zijn nog tickets verkrijgbaar!